[url=http://www.wepowder.nl/nieuws/poederalert12-de-hoofdlijnen]Gister[/url] liet ik aan de hand van de weatherbasics uit het wePowder boek en 1 enkel straalstroomkaartje zien hoe makkelijk het is om een middellange en lange termijn voorspelling te maken. De conclusies waren:
Vandaag begin ik met de bevindingen van gister te toetsen aan wat gespecialiseerdere kaarten. Daarna ga ik mijn conclusies van gister finetunen. Daarbij kijken we naar:
[i]Toesting: het wordt warmer in de Alpen[/i]
De meeste skigebieden in de Alpen zijn gelegen tussen de 1000 en 3000 meter. Om de globale temperatuurontwikkeling in die luchtlaag te volgen kijk je het beste naar 850 hpa temp kaarten. Op deze kaarten zie je de temperatuur op een hoogte van 850 hpa. 850 hpa is in dit geval de luchtdruk welke normaal gesproken heerst op een hoogte van 1457 meter. Daarvoor is [url=http://www.wetterzentrale.de/pics/ecmpanel2.gif]deze set kaarten[/url] nuttig. (klik even op de link als je de kaarten groter wilt zien)
[img=600x450]http://www.wetterzentrale.de/pics/ecmpanel2.gif[/img]
Duidelijk is te zien hoe het geel/oranje gebied vanuit het zuidwesten oprukt richting de Alpen. Het wordt dus warmer.
[i]Er komen fronten met neerslag richting de Alpen[/i]
Het KNMI heeft hiervoor hele mooie kaarten ontwikeld. Op onderstaande kaart zie je hoe fronten vanuit het zuidwesten richting de Alpen koersen. De rode lijnen zijn warmtefronten (het wordt dan relatief warmer). De blauwe zijn koufronten (het wordt dan relatief kouder0.
[img=600x400]http://www.knmi.nl/waarschuwingen\_en\_verwachtingen/images/weerkaarten/PL0612.gif[/img]
Als je [url=http://www.knmi.nl/waarschuwingen\_en\_verwachtingen/weerkaarten.php]de hele reeks bekijkt[/url] zie je dat de fronten steeds dichten bij de Alpen komen. Meer van dergelijke kaarten [url=http://www.wetterzentrale.de/topkarten/fsfaxsem.html]vind je hier.[/url]
[i]Neerslag in het westen en zuiden. Fohn in het noorden[/i]
Daarvoor is de set kaarten die ik hierboven noemde ook nuttig. [url=http://www.wetterzentrale.de/topkarten/tkfaxsem.html]Sembach[/url] laat goed zien hoe de fronten op donderdag voor neerslag zorgen in [url=http://farm5.static.flickr.com/4147/5220598848\_9f4939f087.jpg]de westalpen[/url].
[i]Tussentijdse conclusie[/i]
Met behulp van die ene straalstroomkaart zie ik al heel snel wat de globale trends zijn en kan ik al wat conclusies maken. Door dagelijks 2 keer naar de straalstroomkaarten te kijken zie je deze trends makkelijker en hoef je niet al die andere kaarten te bekijken. Scheelt je veel tijden een hoop frustratie, want inmiddels zal je wel duidelijk zijn dat neerslagkaarten die verder gaan dan 5 dagen hoogst onbetrouwbaar zijn.
[b]Finetunen[/b]
Nu komt het betere handwerk. Want vooral op de middellange (2-5 dagen) termijn hebben de modellen het moeilijk om de vertaling te maken van de straalstroom en de positie van de fronten naar temperatuur en neerslag. De oorzaak is gelegen in de Alpen. Het relief met al zijn dalen en toppen is dermate grillig dat er altijd afwijkingen zijn. Toch kun je door goed nadenken al heel veel zelf invullen.
[i]de temperatuur[/i]
De invloed van de zon is in de maanden december tot en met februari gering. Noordhellingen blijven daardoor veel langer in goede conditie. Dat geldt ook voor shaduwrijke dalen. Hier kun je vaak tot diep in het dal poeder vinden. Vanaf eind maart/april gaat de zon wel weer een rol spelen.
Hetzelfde zie je bij de ligging van het dal. Smalle schaduwrijke of juist diep in de Alpen gelegen dalen houden het langer koel. Niet alleen heeft de zon hier minder grip, ook de hoger gelegen (tijdelijke) warme luchstromingen zoals we die komend weekend zien verdrijven niet direct de koude lucht uit deze dalen. is de warmte-aanval van korte duur, dan zal het in deze dalen eerst nog tot diep in het dal sneeuwen. Pas als de warme luchtstroom langer aanhoudt (36+ uur) slaagt ze er pas in de koude lucht (deels) te verdrijven. Voorbeelden hiervan zijn Vallouise/Puy St. Vincent in Frankrijk, het Defereggental in Oostenrijk en Obergoms in Zwitserland.
Derde aandachtspunt bij de temperatuur is de rol van het relief. Bij snel opreizende (lees steile) bergen vind een veel intensiever [url=http://en.wikipedia.org/wiki/Orography]orografisch proces plaats[/url]. Daar waar wolken worden gedwongen over een kortere afstand veel hoger te steigen, vind veel meer afkoeling plaats. De mate van stuwing bepaalt kortom ook deels de temperatuur. Meer stuwing houdt het kouder en daardoor bij neerslag een lagere sneeuwgrens. Dit kan resulteren in een sneeuwgrens die 200-500 meter lager ligt dan je zou verwachten op basis van de temperatuurkaart.
[i]het weer en de sneeuw nu[/i]
Het is op dit moment koud met sneeuw veelal tot diep in de dalen. Dat betekent dat dieper gelegen en schaduwrijke dalen een koude aanval wel even aankunnen. Maar de koude aanval duurt lang. Langer dan 36 uur. Dus uiteindelijk zal de warme bovenlucht het winnen van de lokale koudeputjes.
Conclusie 1: de warmteaanval duurt lang en zal in bijna alle dalen de aanwezige koude lucht verdrijven.
[i]de positie van de lagedruk gebieden en de fronten[/i]
Maar de positie van het laag kan er voor zorgen dat een aantal dalen het kouder houden. Dat zijn vooral die gebieden, waarbij het gebergte haaks staat op de aanvoerrichting. De aanvoerrichting is de komende dagen tussen zuid en west. Dus het zullen vooral die gebergten zijn waarvan de toppen van (noord)west naar (zuid)oost lopen en die hoog en stijl zijn waar het kouder blijft. Tevens zal hier de meeste neerslag vallen, omdat de stuwing hier maximaal is.
Conclusie 2: voor de meeste sneeuw moeten we op zoek naar die gebergten waarvan de toppen van (noord)west naar (zuid)oost lopen en die vanuit het zuid(west)en en hun hoogste punt bereiken in het noord(oost)en.
[img=600x450]http://farm5.static.flickr.com/4145/5220004395\_73e1ac9d78.jpg[/img]
[b]Waar liggen die gebieden?[/b]
Voor de Pyreneen is die vraag simpel te beantwoorden. Dan hebben we het over de zuid-pyreneen. Voor de Alpen ligt dat wat complexer. Je kunt niet zeggen dat de complete zuidalpen optimaal liggen de komende dagen. Het zijn 2 gebieden die goed zijn. Namelijk het gebied van de Gotthard tot ver in het Italiaanse Trentino. En de Aoste Vallei vanwege de MontBlanc en de omliggende vierduizenders. Daarmee maken we ook direct de stap naar de westalpen. Want de Aosta Vallei betekent ook Chamonix in dit geval, omdat de stuwing daar ook goed verloopt en vergeet niet de gebieden ten zuid(west)en van Chamonix. Daarnaast moet je denken aan de noordkant van de Rhone Vallei. Gebieden als Ovronnaz en Crans Montana. Verder in de Franse zuidalpen is de lijn Ecrins-Mont Viso belangrijk. Vooral de gebieden ten zuidwesten hiervan.
Daarmee hebben we direct het poederalert voor komend weekend te pakken. Vanaf donderdag een poederalert voor:
Houd rekening met een sneeuwgrens tussen de 1500 en 1900 meter in deze gebieden. In de andere gebieden klimt deze richting de 2200 meter.
Uitzondering zijn de zuidalpen. Daar schommelt de sneeuwgrens tussen de 1000 en 1400 meter. Maar daar arriveert de echte sneeuw pas tegen vrijdagmiddag. Daar geldt dan een poederalert voor Tessin, Ober-Engadin, Lombardia en Trentino.
En de rest van de Alpen? Noordalpen fohn of slechts enkele vlokken boven de 2200 meter. Westalpen bewolkt en wat sneeuw boven de 1900-2200 meter.
Morgen gaan we verder finetunen. Dan nemen we wel de neerslagkaarten erbij.