Vraag je aan de gemiddelde laaglander of hij of zij een goede skiër is dan kan je reken op een antwoord als: “Ik hou mijn benen keurig tegen elkaar” of liever nog: “Ik ben al jaren niet meer gevallen”. Wij poederzoekers weten natuurlijk als geen ander dat vallen part of the game is, een essentieel onderdeel! Het is immers alom bekend: Wij leren met vallen... en opstaan. Ik wil jullie in een aantal artikelen iets bijbrengen over de meest voorkomende skiblessures. In principe is de geneeskunst 99% boerenverstand, je moet alleen weten welke koe je aan het melken bent.
[i]Gilean Nolst Trenité (Oppie) is lid van het wePowder Salomon Freeride team. Naast poeder heeft hij een passie voor genezen. Hij kent als geen ander de genezende werking van een goede dag poeder, maar weet ook wat poeder met je lichaam kan doen.
Hij werkt nu in het OLVG in Amsterdam en is in opleiding tot Plastische-, Reconstructieve- en Handchirurg. De reden waarom hij deze artikelenreeks publiceert? 'Ik denk dat de patiënt in de nieuwe maatschappij steeds mondiger is. Google is de nieuwe spreekkamer. Een goede ontwikkeling en een stimulans voor artsen om scherp te zijn en patient gericht te denken. Maar... er is een maar: het internet is overladen met onjuiste informatie. De drang van patiënten om over hun ziekte of behandeling te posten is óf een hele goede uitkomst maar vaker nog, een hele slechte. Ik probeer een reeel beeld te geven van de ins en outs van veelvoorkomende poederkwalen.'[/i]
Deel één: (hoe kan het ook anders) De Skiduim (Wackeldaum, Gamekeepers thumb)
[b]Anatomie[/b]
De duim is een nuttig vingertje waar we van kinds af aan al zuigend een liefdesrelatie mee opbouwen. Je kan hem goed gebruiken om dingen te grijpen: een kopje thee, je ABS hendel, maar hij heeft meer skills. Wat te doen met de WePowder app zonder deze kleine vriend? Ook is de duim een enorm belangrijke teamspeler in het maken van de vuistgreep, pak je skistok maar eens vast met de andere vier vingers: Pussystrength! (No offense GirlPowder). Kortom, je wilt niet zonder zitten. De duim bestaat in tegenstelling tot de andere vingers slechts uit twee in plaats van drie kootjes (phalangen), deze zitten richting de pols vast aan het eerste middenhandsbeentje (metacarpale I). Tussen deze drie botjes zitten twee gewrichten: het metacarpale phalangeale (MCP) gewricht en het interphalangeale (IP) gewricht.
Natuurlijk worden die gewrichtjes gestabiliseerd door bandjes. Immers kan je in de gewrichtjes wel buigen en strekken, maar niet of nauwelijks “kantelen” (devieren). De bandjes die het kantelen voorkomen zijn in het MCP gewricht twee “collaterale bandjes”: Eén aan de pinkzijde, het ulnaire collaterale ligament (UCL) in rood, en één aan de duimzijde, het radiaire collaterale
ligament (RCL), de rode stippellijn.
[b]Het Trauma[/b]
Na minder dan vijf minuten hiken sta je in jouw one-lift-wonder (OLW) bovenaan een sprookjesbos waar de gebrouders Grimm hun vingers bij zouden aflikken. Ja, je pieper staat aan, ja, je helmcamera loopt, ja, 3x3=9 en GO! Na drie dikke sprays wordt je overmoedig zoals het hoort en knal je hem tussen twee sparretjes door. Woeoeoehoeoeoe, bonusclifje en je glijdt onderuit. Op je rug. Ski’s eerst, lichaam erachteraan en daarboven je armen. Handen door de lussen van je custom-made stokken die de jonge dennetjes die je passeerd een pak rammel verkopen. Je staat op en vervloekt jezelf dat je je stokken niet los had.
Je duim begint te kloppen. Je trekt je handschoen uit en ziet onder je ogen dat hij aan de basis dik wordt. Als je hem opzij duwt merk je dat hij veel laxer is dan normaal. Je kan hem kantelen naar de duimzijde van je hand (radiair deviatie). Het doet focking pijn. Je bent wat misselijk maar denkt: “God, het is maar een duim”, wat sneeuw erop en morgen is alles weer goed. Zonder cliffje ski je je bos uit. ‘s Avonds in de stube voel je al bijna niets meer.
[b]Het Mechanisme[/b]
Het principe is duidelijk en hierboven zichtbaar. De hand door de lus van je stok wordt vaak gezien als de boosdoener. Ik heb hierover mijn twijfels. Als je met je handen achter je lichaam valt (een gevolg van de voorwaardse snelheid die je hebt en de benen die onder je lichaam vooruit snellen) kan je het bovenbeschreven mechanisme eenvoudig veroorzaken. Ook is vallen met de grip van je stok tussen hand en sneeuw een effectieve methode. Overigens blijft het aan te raden je favoriete sprookjesbos lusloos te doorkruisen; de schouder uit de kom komt vast later nog aan bod. Bij de echte skiduim is de stabiliserende verbinding aan de pinkzijde van het MCP gewricht helemaal doorgenomen. Óf het bandje (UCL) is doorgescheurd, óf het bandje heeft het bot waar het aan vast zit losgetrokken (een zogenaamde avulsie fractuur). Natuurlijk kan het UCL ook uitgerekt of deels ingescheurd zijn; ook pijnlijk en ook een behandelindicatie.
[b]De Behandeling[/b]
Deze is afhankelijk van de ernst van het letsel. Is het bandje uitgerekt of ingescheurd dan kan dit succesvol behandeld worden met een spalk gedurende 3-4 weken waarbij het MCP gewricht wordt gestabiliseerd. Hierna is het aan te raden een nachtspalk te dragen en de functie van de duim te oefenen met een handtherapeut. Je mag dan pas na acht tot twaalf weken volledig
belasten. Als de bosfeeën je voor die tijd toch tot sprookjes lokken is het aan te raden de duim in te tapen en zo de functie van het bandje na te bootsen. Is het bandje volledig doorgescheurd dan kan het zijn dat een kleine operatie nodig is. Of het bandje helemaal door is kan de arts testen door te “radiair devieren” (valgustest) zoals jij al op de piste deed. Indien de deviatie 30 graden of meer is moet operatie worden overwogen. Ook wordt er zeker in zo’n geval een röntgenfoto gemaakt. Op die manier is te zien of er een stukje bot is losgescheurd en zo ja, hoe ver dat verplaatst is. Als dit minimaal is kan je met een spalk behandeld worden. Bij grote verplaatsing moet ook een operatie overwogen worden. Is er geen bot losgescheurd en is de valgustest meer dan 30 graden, dan is operatie een goed plan. De reden hiervoor is de volgende: Als de bandjes los liggen dan kruipt één van de duimspieren (voor geïnteresseerden: de musculus adductor pollicis) die normaal over dit bandje ligt onder één of beide uiteinden waardoor deze nooit aan elkaar kunnen groeien, dit noemt men een Stener laesie. Bij de operatie wordt via een klein sneetje het gewricht en de uiteinden van het gescheurde bandje opgezocht en aan elkaar gehecht. Stel dat een groot stuk bot is afgescheurd dan kan dit soms met een schroefje worden vastgezet. Ook na de operatie moet je op de bovenbeschreven manier met een spalk worden nabehandeld. Soms wordt na een op zichzelf staande spalkbehandeling onvoldoende stabiliteit gezien. Misschien heb je dan toch een Stener laesie en moet je alsnog geopereerd worden.
Als alles normaal verloopt kan je verwachten dat je geen pijn meer hebt maar dat de duim soms wel wat stijf blijft, last zal je daar waarschijnlijk nauwelijks van hebben.
Take home message: Onderschat dit duimprobleem niet. Als je afziet van de behandeling of deze uitstelt kan je pijn, instabiliteit en krachtverlies verwachten!
Now get your ass out there... Don’t hold back!
Dokter Oppie.