Even waan ik mezelf in de Carribean, vanwege het azuurblauwe water, de krijsende meeuwen, en de dolfijnen die uit het water naast onze boot omhoog springen. Niets is minder waar, want ik ben op een vissersboot in IJsland: de strakblauwe lucht steekt fel af tegen de witte spitse pieken die als driehoekige piramides uit de omliggende fjorden oprijzen.
Samen met mijn skimaatje Caroline en een groep Duitse vrienden gaan we een weeklang toeren onder leiding van onze ervaren en goedlachse gids Bernd. Volgens hem zijn we een van de weinige skiërs die ooit aan de andere, en onbewoonde kant van het Eyjafjordur gaan skiën: "After staring at these peaks during my first trip to Iceland, I knew we could ski them. So I asked around if anyone in the small harbour of Dalvik, population 1400, would be willing to take us across. We found a beach to go on land and have been bringing guests here ever since. Years later, we are still the only guides who take our guests here."
Als wij bijna twee uur geleden uit de haven van Dalvik zijn vertrokken, naderen we de overkant. In groepen van zes klimmen we voorzichtig met onze ski’s en rugzakken in de dingy. Opgepropt in de dingy, die heel laag op het ijskoude water ligt, schieten we richting het rotsachtige strandje en springen van boord.
Slechts een paar meter van het strand plakken we onze vellen onder om de klim naar de top, 900 hoogtemeters verder te starten.
Als we een paar uur later op de top aankomen, genieten we van een fenomenaal uitzicht, bestaand uit 2 fjorden en de open zee. Groenland is het eerst volgende stuk land, waar een paar honderd kilometer ten westen ligt. En dan kan het feest beginnen, de afdaling!
Eenmaal beneden barst het feest opnieuw los, want onze Duitse vrienden hebben stiekem flessen rum, wijn en bier op het strand verstopt. Minuten later schalt de Duitse après-ski over het strand en liggen er worstjes op een zelfgemaakte BBQ en proosten we op een fantastische week!
Je rijdt in ongeveer 5 uur vanaf Reykjavík naar het Troll Peninsula, in het noordwesten van IJsland, the place to be qua skiën. Hoewel de IJslandse toppen klein lijken (rond de 1000 meter) zijn er genoeg steile lijnen te vinden en kun je vanaf een onuitspreekbare top, de golven op het strand zien binnenrollen. De beste periode om te gaan is in April - Mei en wij waren er tijdens Koningsdag en hebben zowel poeder als firn geskied. Bernd, onze gids had elke dag een nieuw avontuur voor ons in petto en op de site van Flory Kern Mountain School kun je meer praktische informatie vinden over toeren in IJsland, maar ook bijvoorbeeld over heli-skiën in Georgie, trips naar Japan, Spitsbergen en Canada.
Elke dagen kregen we heerlijke, verse ‘home cooked meals’ voorgeschoteld in het Husabakki Guesthouse. Dit simpele, maar comfortabele guesthouse is slechts 5 kilometer van het kleine vissersdorpje Dalvik, waar ook ongeveer de enige après-ski tent zit van IJsland, Gisli, Eiriki, Helgi Kaffehus absoluut een aanrader!
Meer informatie en foto’s vind je ook op DutchiesDoSki en de site van Caroline, de fotografe.