Uiteindelijk is de ski het meeste interessante onderdeel van de uitrusting van een freerider (tenzij je op een snowboard staat natuurlijk). Nergens kunnen we meer over discussiëren en vooral heel veel verschillende meningen over vormen. Logisch, want er zijn nogal wat verschillende freeride ski's op de markt. Als ik naar m'n eigen quiver kijk dan kom ik stiekem tot boven de tien freeride latten. Allemaal wel bewust gekozen, maar waar moet je nou precies op letten? In samenwerking met Outdoor XL (winkel in Barendrecht, maar ook online bereikbaar) hebben we een aantal punten op een rijtje gezet.
Veel freeride ski's hebben aan de voorkant (in de tip dus) behoorlijk wat rocker. Hierdoor wordt de float van de ski vaak verbeterd. De ski's voor de diepere sneeuw hebben vaak een wat soepelere flex.
Dit is voor veel freeriders de meest realistische optie. Een ski die je in alle sneeuw condities kunt gebruiken. Dus hij moet goed floaten op diepere dagen, maar wanneer je met je kids op de piste staat moet je er ook nog redelijk mee uit de voeten kunne. Een populaire breedte is ongeveer 105 mm onder de binding. Uiteraard verschilt dit per persoon.
Wanneer het echt goed is losgegaan, dan is een echt brede ski natuurlijk heel erg lekker. Je moet dan al snel denken aan zo'n 120 mm onder de voet. Leuk voor in de poeder, maar bij lange na niet ideaal om er mee op de piste te knallen.
Da's simpel. In ieder geval niet te kort. Dus minimaal lichaamslengte. Tourskiërs gaan vanwege de kickturns vaak weer wat korter.
Een uitgebreid antwoord op alle vragen en uiteraard een gigantische keuze aan modellen vind je bij Outdoor XL in de winkel in Barendrecht of in hun webwinkel!