Misverstanden over lawines, deel III

Misverstanden over lawines, deel III

Denkfout 3: Weinig sneeuw betekent minder sneeuw.

De komende weken aandacht voor veel voorkomende misverstanden over lawines. Voor sommigen gesneden koek, maar voor anderen interessante informatie.

[b]Denkfout 3: Weinig sneeuw betekent minder sneeuw.[/b]

Dit onderwerp sluit eigenlijk naadloos aan bij het vorige misverstand ‘Kou is gunstig’. De standaardgedachte is ‘Er ligt weinig sneeuw en dus kan er ook niet veel gaan schuiven en dus is er weinig gevaar’ en andersom ‘ Er ligt heel veel sneeuw, er kan veel gaan schuiven en dus is het gevaarlijk’. Zo simpel en overzichtelijk werkt het helaas niet.

Weinig sneeuw is ongunstig voor lawines en lawine ongelukken. Uit de statistieken blijkt dat in sneeuwarme winters ongeveer 3 keer zoveel dodelijke ongelukken gebeuren als in sneeuwrijke! Sterker: in de op zich sneeuwrijke winter van 81-82 gebeurden bijna alle ongelukken op de sneeuwarme, maar normalerwijze veiligere zuidhellingen! (maar het totaal aantal doden was overigens wel veel lager dan normaal).

Hoe komt dit nou? De in de vorige editie beschreven ongunstige effecten van kou op het sneeuwdek zijn veel sterker bij weinig sneeuw dan bij veel sneeuw. Bij veel sneeuw wordt bij een lage temperatuur bijvoorbeeld nauwelijks, of slechts langzaam, suikersneeuw gevormd. Bij weinig sneeuw is dit effect juist heel erg sterk en kan soms alle sneeuw veranderen in suikersneeuw. Dat is niet erg (en zelfs geinig om in te boarden of skiën), maar als op die suikersneeuw nieuwe sneeuw valt, kan dat snel in een kritieke lawinesituatie veranderen.

Voor het ontstaan van de voor freeriders gevaarlijke plaklawines is het meestal essentieel dat er door een rijder een ‘zwakke laag’ in het sneeuwdek kapot gemaakt wordt. We oefenen tot op ongeveer 50 centimeter diepte kracht uit in het sneeuwdek. Dieper bij een valpartij. Als er weinig sneeuw ligt, ‘raken’ we dus voortdurend een groot deel van alle lagen in het sneeuwdek, inclusief de zwakke lagen. Samenvattend: de kans om een zwakke laag te raken is groter als er weinig sneeuw ligt!

Dan is er nog iets. Stenen en rotsen verzwakken het sneeuwdek. Kijk maar eens goed naar lawinefilmpjes op internet en dan zie je dat in de scherpe rand aan het begin van de lawine heel vaak een steen of rots zit. Vaak trapt de rijder in de buurt van die steen de lawine los. Dat is geen toeval. De steen onderbreekt lagen en dus ontstaat er op die plek extra spanning in het sneeuwdek en dus ook op zwakke lagen. Als er veel sneeuw ligt spelen deze stenen geen rol van betekenis meer, want boven de steen worden de lagen niet meer onderbroken. Dus als er boven de steen maar voldoende sneeuw ligt, dan raken we de zwakke plek bij de steen niet meer. (er gaat weliswaar ook een zeker ‘ankerend effect’ uit van stenen, maar dat is in de Alpen lang niet altijd relevant).

[b]Samenvattend: veel dikke dumps zijn niet alleen prettig, maar ook relatief veilig![/b]

Opa

Reacties

Gevorderd
doovAuteur13 januari 2010 · 09:45

En die rotstenen zijn ook al killing voor je belag!

Welcome back my friends to the snow that never ends. Let's rocker!
Beginner
DennnnisAuteur13 januari 2010 · 15:21

Thanks opa!

sneeuw!!!!
Toerist
Steven2Auteur13 januari 2010 · 17:48

@doov: wat in het kader van lawines een minor-problem genoemd mag worden…

Toerist
powderskifun2Auteur14 januari 2010 · 08:40

Nog een kleine toevoeging:
\

Uitstekende stenen zijn tevens veel gevoeliger voor opwarming van de zon. Hierdoor word niet alleen de sneeuwlaag door de steen onderbroken, maar word ook de laag rondom de steen anders van structuur. Dit kan ertoe lijden dat de laag nog meer onstabiel word.
\

Dit hele probleem heb je niet meer wanneer er genoeg sneeuw licht. Met genoeg sneeuw komen er geen stenen meer boven het sneeuwdek uit, en hierdoor kan het sneeuwdek dus ook niet ongelijkmatig opwarmen.
\

Conclusie:

Op zuid/zonzijde van de berg hebben stenen vaak extra invloed op het sneeuwpak.

Reageren
Mis helemaal niets meer!

Ontvang het laatste nieuws, PowderAlerts en meer!