Alhoewel ik er vanuit ga dat we dit jaar weer gewoon in skigebieden kunnen skiën hebben heel veel mensen afgelopen winter geproefd van het toerskiën. Dat smaakte bij veel freeriders naar meer. Want met toeren kun je altijd (nou jij bijna altijd) poeder vinden, je hebt minder last van poederstress en je kunt genieten van ongerepte natuur. Ik doe liever één geweldige toerski-afdaling dan een hele dag te moeten vechten voor een first track...
Als toerskiër wil je het liefst zo licht mogelijk materiaal. Want alles wat je omhoog moet slepen maakt het zwaarder en vermoeiender om boven te komen. Daardoor klim je minder snel en kom je minder ver. Maar als freerider wil je juist vaak wat steviger materiaal. Om harder te kunnen knallen. Dat maakt dat de keuze voor goed toerski-materiaal voor poederzoekers nog best ingewikkeld is. Want waar leg je de concessies en waar kies je voor. Dit is natuurlijk voor een groot deel persoonlijk. Graag neem ik jullie mee in wat mij betreft aandachtspunten zijn om voor jou de perfecte set-up te creëren.
Als ik het in dit blog heb over toerskiên, dan bedoel ik echt toerskiën, en niet een korte hike net boven het skigebied om een extra stukje maagdelijke sneeuw te pakken. Dat laatste kun je met zelfs de aller zwaarste opzet nog steeds prima doen natuurlijk. Ik bedoel echt toeren waar je een groot deel van de tocht al lopend of klimmend onderweg bent. Als je het in cijfers wilt uitdrukken: 500 hoogtemeters of (veel) meer Het spreekt natuurlijk voor zich dat hoe meer hoogtemeters (en dus ook afdaaalmeters ;-) ) je wilt maken hoe meer je belemmerd zal worden door zwaar materiaal. Als je van plan bent om tochten te maken van meer dan 1000 hoogtemeters zul je waarschijnlijk voor andere ski’s of bindingen kiezen dan als je verwacht dat je zelden meer zult klimmen dan 700 meter.
Skikeuze is bijna religie. Iedereen heeft zijn eigen ideeën over ski’s en wat het beste werkt. Wees bij het kiezen van een ski wel eerlijk naar jezelf en over jezelf. Je maakt het jezelf natuurlijk onnodig moeilijk als je met een paar keiharde freeridelatten omhoog loopt. Heb je deze ski’s echt nodig als je afdaalt?
Persoonlijk ben ik een enorme fan van de puntjesbinding. Het scharnierpunt zit goed. De bindingen zijn licht en het skiet erg goed. De laatste jaren zijn de bindingen steeds beter (en niet onbelangrijk: veiliger) geworden. Er komen steeds meer freeride modellen op de markt. Dat zeggende zijn de standaard modellen vaak voor het merendeel van de skiërs meer dan voldoende. Er gaan veel fabeltjes over het het internet wat betreft de puntjesbinding. OOok is er veel ‘macho-gedrag’ want veel freeriders denken dat ze te hard skiën voor dit soort lichte bindingen. Dat is zelden waar. Het bewijs? Ongeveer elke besneeuwde bergwand in de Alpen waar de locals keihard vanaf knallen. Binnenkort een artikel over de verschillende tussen de verschillende moderne puntjesbindingen. Let op: Wat extreem belangrijk is bij het gebruik van deze puntjesbinding is dat deze door bekwame vakmensen recht op de ski worden gezet. Als er een afwijking is tussen de voor en achterbak is de kans op problemen (ongewenste release, kapot materiaal) een stuk groter.
Hieronder een vereenvoudigde opsomming van de puntjesbindingend ie nu op de markt zijn en of deze geschikt zijn voor de poederzoekende toerder (zoals gezegd binnenkort een uitgebreider stuk over de verschillen in puntjesbindingen):
De racebinding: Heel simpel, deze lichte bindingen moet je overslaan als je met ski’s van boven de 80 mm onder de voet skiet. Deze bindingen zijn niet geschikt voor freeriders. Deze bindingen zijn niet gemaakt om brede ski’s te kunnen draaien en de kans dat deze bindingen losscheuren is te groot. Voorbeelden van racebindingen: ATK race World Cup, Dynafit DNA By Pierre Gignoux, Dynafit Low Tech Race, Plum Race)
Voor wie: voor de mannen en vrouwen die in een lycra pakje omhoogrennen
Geschikt voor freeriders: Nee.
De standaard puntjes binding Locals, gidsen en fervente toerders zweren erbij: de standaard puntjes binding. Ooit het domein van Dynafit, maar nu worden deze bindingen door veel merken gemaakt en in allerlei varianten. Veel freeriders hebben het idee dat deze bindingen niet sterk genoeg zijn om hard op te skiën. Maar er zijn maar weinig skiërs die zo beestachtig hard knallen dat deze puntjesbindingen niet sterk genoeg zijn. Let op in deze categorie vind je de klassieke toerbindingen die geen TüV certificaat hebben en geen genormeerde release waardes hebben. Denk bijvoorbeeld aan de veel gebruikte Dynafit Speed Turn. Je hebt ook bindingen die wel aan de TUV certificering voldoen waardoor je zekerder bent van de DIN (Z) waarde. Het grote voordeel van veel van deze gecertificeerde puntjesbindingen is dat ze vaak een veer systeem hebben waardoor de achterbak de flex van de ski kan opvangen. Hierdoor is niet alleen de release beter en veiliger, ook skiën deze bindingen vaak prettiger. Denk bij standaardpuntjesbindingen aan bindingen zoals de Dynafit ST Rotation 12, Dynafit TLT Speed Z12, ATK RAIDER 10, Fritschi Xenic 10 en de G3 ZED 12
Voor wie: voor het gros van de toerskiërs, van de zondagswandelaars tot de poederzoekers
Geschikt voor freeriders: Ja! zolang je geen cliffs van 15 meter dropt (en dan nog) voldoen deze puntjes bindingen en maken ze de zoektocht naar poeder eenvoudig en efficiënt.
De Freeride puntjes binding Sinds een paar jaar is de freeride-puntjes binding in opkomst. Vaak zwaarder, maar bijna altijd veiliger (betere release) en skiën de bindingen veel beter omdat ze de flex van de ski goed opvangen. Denk aan bindingen als de beroemde Marker Kingpin of de Fritschi Tecton. Deze bindingen zijn vaak veel zwaarder dan de meer standaardbindingen. De heilige graal voor freeriders? Dat valt te bezien. Want hoe vaker je de benenwagen pakt om omhoog te lopen hoe vaker je toch de lichtere bindingen zult pakken. Als je echt keihard de berg afknalt en/of heel veel hele hoge sprongen maakt, dan kunnen deze binding een oplossing zijn. Persoonlijk gebruik ik bijvoorbeeld de Kingpin op mijn toerski die ik gebruik als ik in de buurt van skigebieden wat wil rondtoeren, of om bijvoorbeeld naar de beroemde Pan de Rideau boven La Grave te hiken. Ook de Salomon Shift en de Marker Duke PT horen wat mij betreft in dit rijtje thuis. Bindingen waar je zonder meer kei en keihard mee kan riden. Maar ook zwaar en ingwikkeld in het terrein. Een keuze voor freeriders die liever de lift pakken en af en toe ook willen toeren, maar de voor echte toerders? De vraag is of de huidige puntjesbindingen niet genoeg zijn. Voorbeelden van deze bindingen zijn: de Marker King Pin, de Fritschi Tecton, de Salomon Shift en de Marker Duke PT.
Voor wie Voor freeriders die ook willen toeren, en voor toerskiërs die ook vaak de lift pakken. Helaas toch vaak te zwaar voor echt toeren. Deze bindingen bieden wel meer zekerheid.
Geschikt voor freeriders: Ja! 100 % maar minder geschikt voor lange toerskitochten.
De frame-binding Heel simpel: vergeet de frame binding als je serieus wilt gaan toeren. Deze bindingen zijn zwaar, lopen vanwege een onhandig scharnierpunt vaak matig en blijken in de praktijk vaak helemaal niet zo slijtvast en sterk als hoe de merken deze op de markt proberen te zetten. Tegenwoordig zijn deze bindingen ook ingehaald door de erg sterke en freeride puntjesbindingen. De enige reden voor het gebruik van deze bindingen zijn wat mij betreft als je geen schoen met inserts hebt of als je nooit verder toerskiet dan die paar meter boven het skigebied. Als je echt de bergen in wilt trekken: vergeet deze zware logge bindingen dan.
Voorbeelden van deze bindingen: Fritschi Scout en Marker Duke.
Voor wie: voor freeriders die per se af en toe willen toeren maar alleen maar gewone skischoenen zonder inserts hebben.
Geschikt voor freeriders: Ja, maar niet echt om omhoog te lopen.
De laatste jaren is er extreem veel veranderd op toerskischoen gebied. Er komen steeds meer lichtere schoenen op de markt waar echt goed mee geskied kan worden. De tijd dat toerskiërs zelf aan de slag moesten om hun alpiene schoenen om te bouwen tot toerschoenen licht heel ver achter ons. Maar dat maakt de keuze voor een goede skischoen niet makkelijk. Het bekende skischoen riedeltje geldt zeker voor toerschoenen: pasvorm is het allerbelangrijkste. Dat is criterium nummer één!
Net als bij ski's wil ik hier een paar aandachtspunten op een rijtje zetten voor goede toerskischoenen voor freeriders:
Let op maat toerskischoenen: Skischoenen horen relatief strak te zetten, dat weten de meeste skiërs tegenwoordig wel. Overdrijf dit echter niet bij de aankoop van toerskischoenen. Je moet echt wel wat ruimte in je toe-box hebben. Zeker tijdens het omhoog lopen is een echte alpine-fit te krap. Dus koop toerskischoenen een fractie ruimer dan je alpine-schoenen zou kopen. De maatvoering moet ongeveer overeen komen met wandelschoenen. Als je loopt op je toerskischoenen moet je teen niet continu tegen de voorkant komen.
Al met al is de keuze voor toerskischoenen een ingewikkelde. Te lichte skischoenen maken het skiën niet makkelijker en te zware skischoenen maken de klim onnodig zwaar. Vaak zijn de afdaal- gerichte maar echte toerschoenen een gulden middenweg (Denk aan Scarpa Meastrale, Dynafit HOJI FREE, Salomon S/LAB X-ALP etc). Hier is flink veel gewicht bespaart ten opzichte van alpiene ski-schoenen. Maar de schoenen kunnen nog genoeg oneffenheden opvangen en zullen je goed helpen als de sneeuw even wat minder wordt. Maar zoals ik in het begin al zei, kies vooral een schoen die goed zit! En bedenk dat tijdens het omhoog lopen je voet ook wel wat wil opzwellen.
Dit zijn wat mij betreft een aantal algemene aandachtspunten waar je over na kunt denken bij het uitzoeken van toerskimateriaal. Zoals je hieruit kunt lezen ben ik een voorstander van licht materiaal waarmee je nog hard kunt skiën. Want hoe lichter hoe meer afdaalmeters je kunt maken! Maar laten we wel wezen, de afdaling, daar doen we het voor. Omdat materiaal zeer persoonlijk is ben ik benieuwd naar jullie ideeën over toerskimateriaal. Ook hoor ik graag jullie vragen. Dan kan ik daar in volgende artikelen op in gaan.