Gleitschnee lawines, het nieuwe buzzwoord in het land van snow safety. En niet voor niets. Wie de afgelopen weken in de Alpen is geweest kon en kan er niet omheen. Zelden heb ik zoveel Gleitschnee lawines (Engels: gliding sluff/gliding avalanche Frans: avalanche de glissement/d‘avalanche de plaque de fond, Italiaans: Valanga per scivolamento di neve) gezien als de afgelopen weken. In Tirol is de laatste maand maar liefst 90% van de gerapporteerde lawines van het Gleitschnee soort.
Een unieke situatie en het lastige is dat ze zeer moeilijk te voorspellen zijn. Maar voordat we wat dieper de materie induiken allereerst een introductie op de drie belangrijkste hoofdtype lawines (bron: Safety Academy):
Slab of plaatlawines (Duits: Schneebrett lawine, Engels: Slab avalanche, Frans: avalanche de plaque, Italiaans: Valanga di neve a lastroni) zijn de typische wintersport lawines. Meer dan 90% van alle dodelijke ongevallen zijn het gevolg van een plaat lawine. Hier heb je lawine 4 ingrediënten nodig: een helling van minstens 30 °, een gebonden plaat, een zwakke laag eronder met een overeenkomstige neiging om de voortplanting te doorbreken en een trigger. Meer over dit type lawine lees je hier. Wil je meer verdieping start dan met deze paragraaf in de Safety Academy.
De afgelopen jaren waren plaatlawines als gevolg van een zogenaamd 'Altschnee' probleem het buzz woord. Lees er hier alles over. Sneeuwarme winters kennen vaak een altschnee probleem.
Bij losse sneeuwlawines gaat het, zoals de naam al aangeeft om losse ongebonden sneeuw. Meestal is dit droge poedersneeuw maar het kan ook doorweekte sneeuw zijn. Het is het typische beeld dat mensen hebben van een lawine, want een losse sneeuwlawine is het ultieme voorbeeld van het sneeuwbaleffect. Een bergafwaarts bewegende sneeuwkristal neemt in het extreem steile terrein (> 40 °) op zijn weg naar beneden verdere sneeuwkristallen mee. De lawine wordt groter en 'valt' in de vorm van een driehoek naar beneden. Wil je meer verdieping start dan met deze paragraaf in de Safety Academy. Losse sneeuwlawines doen het goed in films, maar sinds de lawine winter van 1999 is het aardig stil op dit front.
Het buzzwoord van 2019 is 'Gleitschnee lawines'. Deze lawines gedragen zich volkomen anders. Dit is een puur glijdend proces waarbij het gehele sneeuwdek van een helling af kan glijden met soms fatale gevolgen. Gleitschnee lawines zijn het gevolg van smeltprocessen op de grens tussen het sneeuwdek en de ondergrond. Hoe vochtiger het oppervlak van de ondergrond, hoe lager de wrijving en hoe groter de kans op een sneeuwlawine. Essentieel hierbij is het meest regelmatige, gladde oppervlak (bijvoorbeeld gladde rotsplaten en alpenweides, maar ook daken van huizen). Gleitschnee lawines kunnen - in tegenstelling tot losse sneeuw of plaatlawines - ook op hellingen onder de 30 ° ontstaan.
Tijdens sneeuwrijke winters ontstaat er ten tijde van de lange, intense en vooral voortdurende sneeuwval veel paniek. Een hoog lawinegevaar zet iedereen op scherp. Niet voor niets, want tijdens periodes van veel sneeuw zien we regelmatig droge losse sneeuwlawines naar beneden komen. Vaak goed te voorspellen en wegen en skigebieden worden dan ook (deels) afgesloten.
Tijdens hevige sneeuwval in combinatie met wind wordt er ook gewaarschuwd voor plaatlawines. Terecht, want de nieuwe sneeuw in combinatie met de wind zorgt voor een tijdelijke instabiele situatie. Maar vanwege het (vaak) ontbreken van "Altschnee" en het gegeven dat er veel sneeuw valt zorgt dit ervoor dat het sneeuwdek rap zet. Het plaatlawine probleem is daardoor vaak een tijdelijk probleem.
Maar dan zijn er de Gleitschnee lawines. Waarom zie je die juist meer tijdens sneeuwrijke winters? Wel om de volgende twee redenen:
De combinatie van veel massa, vocht en een gladde onderlaag (gladde rotsplaten en alpenweides) zorgt dus voor de vele gleitschnee lawines.
Steeds vaker komen de winters laat op gang. Volgens Rudi Maier, chef van de lawinedienst van Tirol is dit een belangrijke veroorzaker van de vele Gleitschnee lawines. De herfst is vaak lang mild en als dan eenmaal de eerste grote sneeuwvallen volgen later in het jaar dan is de ondergrond vaak niet bevroren. Valt er veel sneeuw dan wordt de warmte geisoleerd en ontstaat er voor de rest van de winter een blijvend probleem. Er is namelijk geen oplossing voor het probleem.
Gleitschnee lawines zien we weliswaar vaker tijdens periode van hoge temperaturen omdat het sneeuwdek dan vochtiger (en dus nog zwaarder wordt), maar kunnen zich ook op de koudste dag van het jaar in het midden van de nacht voordoen. Een ander nadeel van Gleitschneelawines is dat ze niet kunstmatig opgewekt kunnen worden. Een lading dynamiet zorgt voor een flink gat, maar het sneeuwdek gaat er niet perse van schuiven (zoals je wel ziet met plaatlawines en losse sneeuwlawines). Als laatste blijken ze zeer lastig te voorspellen. We weten nooit waar en wanneer ze gaan.
Met een verdere opwarming van het klimaat is er een realistische kans dat het aantal Gleitschnee lawines toeneemt en het slechte nieuws is dat ze zeer lastig te voorspellen zijn en onmogelijk kunstmatig op te wekken. Het fabeltje dat wat nachten vorst het probleem doen oplossen gaat niet op. Bij een dik sneeuwdek komt de kou niet zover het sneeuwdek in. Vervelend, maar waar.
Nuttige links: